

We zijn vandaag, als gezin, een dagje in Amsterdam. Bestemming: NEMO! Super leuk! Het museum is een fantastisch uitje voor kinderen. Spelenderwijs kunnen ze de wereld van natuurkunde, biologie en techniek verkennen. Alles mag je bekijken en overal mag je aankomen! En alles, en dat is voor onze kinderen een must, is tamelijk hufterproef! Ik realiseer me wat voor bofkont ik ben. Al 15 jaar samen met de meest zorgzame, liefdevolle en trouwe vrouw die er bestaat, drie heerlijk levenslustige kinderen, met alle vrolijkheid en reuring die dat met zich meebrengt.
En toch… zo’n dag als vandaag voel ik me vaak eenzaam.
Zodra we het museum binnengaan, schieten de kinderen alle kanten op. Binnen drie tellen ben ik ze letterlijk uit het oog verloren. Mijn blindengeleidehond Xavi trekt me onrustig aan de beugel van links naar rechts, alsof hij zeggen wil: ‘Baas welke kant moeten we nu op?’ Ik mompel zachtjes: ‘Ik heb werkelijk geen idee’.Laten we maar op zoek gaan naar een bankje. Ik ruik de geur van koffie en ik hoor het gerammel van koffiekopjes op schoteltjes. Ergens achter mij zit vermoedelijk een koffiecorner. Als ik hier dan toch moet zitten, dan maak ik me het ook gemakkelijk. Ik vraag Xavi om de balie te zoeken. Die weet hij zonder enige moeite te vinden. Ik bestel een kopje koffie en een bakje water. Even later drinkt Xavi zijn water uit z’n eigen bakje en maak ik het me gemakkelijk aan een tafeltje waar ik mijn kopje koffie drink. Heerlijk! Toch handig zo’n neus die als soort koffiedetector werkt. Na even is de koffie op. De kinderen zijn nog steeds nergens te bekennen. Anja is achter de jongste twee aangegaan om met hen te spelen en het museum te ontdekken. Ik zit hier aan een tafeltje samen met Xavi. Ik voel me alleen. Ik ben met mijn vrouw en mijn kinderen naar een museum, en toch voel ik me alleen. Gek! Ik voel me er schuldig over, merk ik. Ik zou me niet eenzaam moeten voelen. Ik zou blij moeten zijn dat ik hier ben. Maar toch voel ik me nu vooral alleen. Ik realiseer me dat Anja zich ook alleen voelt. Zij is nu, getrouwd maar als een alleenstaande moeder, met de kinderen aan het spelen, ze helpen ontdekken en ze wegwijs te maken. Waar andere stellen dit samen doen, moet zij haar aandacht verdelen over haar drie kinderen. Zij voelt zich net zo alleen. Even later hoor ik de stemmen van mijn kinderen en zie ik ze, samen met Anja, mijn blikveld in wandelen. Terwijl de kinderen zich om ons heen vermaken met een aantal reusachtige bellenblazen, schuift Anja naast me met een kopje koffie. We delen onze gevoelens. En dan is het gevoel van alleen zijn weg. Het is benoemd. Het mag er zijn. En juist door die verbondenheid, is het gevoel van eenzaamheid weg.
Als de nieuwsgierigheid van de kinderen volledig is bevredigd, sluiten we dag feestelijk af in het museumrestaurant. Met hun mond vol met muffin, vertellen ze enthousiast over al hun ontdekkingen. Ze stralen. Inderdaad ik ben een bofkont!